De Openbaring aan Johannes is begrepen door de eerste lezers. En die eerste lezers zijn met name Messiasbelijdende Joden geweest. Vanuit dat perspectief wordt een vers-voor-vers uitleg gegeven, afgewisseld door toelichtingen. Hierbij wordt aandacht gegeven aan de manier waarop het Oude Testament wordt aangehaald, de verwijzingen naar buitenbijbelse Joodse literatuur, de achtergronden vanuit het rabbijnse denken en de Romeinse geschiedenis. Op deze manier blijkt het goed mogelijk te zijn om in te zien hoe de eerste christenen uit de periode rond 100 n.Chr. de tekst hebben begrepen.
Bas Krins heeft een academische studie theologie afgerond aan de Rijksuniversiteit te Utrecht (MA in 1985). In toenemende mate heeft hij zich gespecialiseerd in het onderzoek naar de wijze waarop in het Nieuwe Testament het Oude Testament wordt geciteerd, en hoe zich dat verhoudt tot de Joodse exegese van het Oude Testament. De laatste jaren heeft hij bovendien studies gevolgd van joods-orthodoxe hoogleraren om meer kennis te krijgen van de rabbijnse literaire exegese.