Boekenlijst: Het mysterie van de tijd in fictie gevat

De afgelopen weken stond in onze non-fictie top-10 Het mysterie van de tijd van Carlo Rovelli. Eerder schreef Rovelli het uiterst heldere Zeven beschouwingen over de natuurkunde. In zijn nieuwe boek buigt de Italiaanse fysicus en bestsellerauteur zich over de vraag: hoe begrijpen we tijd?

Het is een vraag die schrijvers van fictie ook altijd gefascineerd heeft. Rovelli noemt in zijn boek al Proust, de auteur van de zevendelige romanreeks Op zoek naar de verloren tijd. Wij noemen hier nog 10 andere fictietitels, in niet-chronologische volgorde, waarin de tijd gevat. 

1. Virginia Woolf, De jaren (The Years)
   Niet zozeer de familie Pargiter, maar de tijd vormt het onderwerp van dit boek. We beginnen in 1880 en eindigen ongeveer vijftig jaar later. Elk hoofdstuk maakt een sprong naar voren in de tijd, en opent steeds met een uitgebreide beschrijving van het weer en van het Londense straatbeeld.
2. Matt Haig, Het eeuwige leven (How to stop time)
   Deze auteur van een veelzijdig oeuvre schreef een roman over een man die zich buitenstaander voelt: Tom Hazard ziet eruit als iemand van 41 maar is al 5 eeuwen oud. 
3. Jon McGregor, Reservoir 13
   De tijd in beeld gebracht aan de hand van een verdwenen meisje. Met elk nieuw hoofdstuk breekt een nieuw jaar aan. Het meisje blijft verdwenen, maar het leven in het dorp gaat door. McGregor koos ervoor het verhaal niet, zoals gebruikelijk, vanuit één of meerdere personages te vertellen: het gevolg is een nauwgezette registratie van wat verandert en wat hetzelfde blijft.
4. Karin de Roos, Dubio
   De geschiedenis van Vlaardingen verteld aan de hand van een jonge vrouw die tegelijkertijd in 1014 en in 2018 leeft.
5. Ben Lerner, 22.04 (10.04)
   De titel verwijst naar de film Back to the Future waarin het tijdstip van 22.04 een cruciale rol speelt. Voor de hoofdpersoon uit het boek, die dezelfde naam als de auteur heeft, vormt het tijdstip de aanzet tot een reflectie op het verschil tussen vertelde tijd en beleefde tijd.
6. Michael Cunningham, De uren (The Hours)
   Variatie op Virginia Woolfs Mrs. Dalloway: drie levens (waaronder dat van de schrijfster Virginia Woolf) geportretteerd via 1 dag uit het leven van de personages.
7. David Mitchell, Tijdmeters (The Bone Clocks)
   Het leven van Holly Sykes vanuit 6 verschillende momenten en perspectieven belicht: het eerste moment is 1984 wanneer ze als 15-jarige wegloopt, het laatste is in 2043. De 6 hoofdstukken zijn bovendien doorregen met verhalen over de Chronometristen, die steeds opnieuw reïncarneren, de Anachoreten, die eeuwig jong blijven door de zielen van anderen te drinken, en de Tijdmeters (Bone Clocks), die zijn zoals wij: gebonden aan een sterfelijk lichaam.
8. Audrey Niffenegger, The Time Traveler's Wife
   Liefdesverhaal over man met een genetische ziekte die hem doet tijdreizen door zijn eigen leven. Zijn vrouw leert te leven met een man die geregeld afwezig is en steeds van leeftijd wisselt.
9. H.G. Wells, De tijdmachine (The Time Machine)
   Een science-fiction klassieker. Het eerste fictieboek waarin het idee van een tijdmachine uitgewerkt werd.
10. F. Scott Fitzgerald, The Curious Case of Benjamin Button
    Verhaal over een man die van achteren naar voren leeft: hij wordt geboren als een oude man met een stok, hij gaat dood als een baby.  

> meer tips en boekenlijstjes