All bindings and editions
-
€22.50
Paperback
2024
Paperback
|
Dutch
€22.50
- From €15,- no shipping costs.
- 30 days to change your mind and return physical products
Description
Een dwaas dozijn doorgefokte drenkelingen die samen de dagen doormaakten in het safehouse. Allen verslaafd aan drank, drugs, lust en doelloos rondjes zwemmen. Maniakale mensdieren met bloed aan hun hoeven en uitvoerige groeven in de ziel, begeleid door prille twintigers die hun ouderlijk huis nog trouw zwoeren. Maandenlang trok ik gestaag mijn verwaande baantjes in deze absurdistische kweekvijver. Met vers gevangen verwarring als aas hengelde ik vanaf de loze oevers naar schoonheid en destructie. Elke dag liet ik mijn lunatieke vingers over het toetsenbord robbedoezen om te aanschouwen wat ik gevangen had. Safehouse I vormt het eerste sleepnet. Nu ben ik weer vrij en is er nog genoeg tijd om te vrezen. Maar voor wie en waarom? Wat denk jij? Ben ik nog te genezen?
Thomas Theodorus Broers (1990) is kostelijk krachtvoer voor psychologen, zowel die van de koude grond als uit de hete lucht. Een vreemde spijs die je moet leren eten om weer uit te willen spugen. Op een ultramarijne maandag studeerde hij zelf nog cum laude en in ere af in de psychologie, maar hedendaags gedraagt hij zich afwisselend als een kind van acht en een hoogneuzig strateeg met het ego van een maarschalk. In tegenstelling tot de meeste pretentieuze onderkruipsels beweert hij de wereld niet te hebben uitgevonden, maar ziet hij deze liever het onverhoopte slachtoffer worden van haar eigen entropische wanordelijkheden. Langs dergelijke verlangens hoopt Broers vermoedelijk een kleingeestige wraak op zijn chronische gevoel van machteloosheid en welverdiende onfortuin te verwezenlijken.
Thomas Theodorus Broers (1990) is kostelijk krachtvoer voor psychologen, zowel die van de koude grond als uit de hete lucht. Een vreemde spijs die je moet leren eten om weer uit te willen spugen. Op een ultramarijne maandag studeerde hij zelf nog cum laude en in ere af in de psychologie, maar hedendaags gedraagt hij zich afwisselend als een kind van acht en een hoogneuzig strateeg met het ego van een maarschalk. In tegenstelling tot de meeste pretentieuze onderkruipsels beweert hij de wereld niet te hebben uitgevonden, maar ziet hij deze liever het onverhoopte slachtoffer worden van haar eigen entropische wanordelijkheden. Langs dergelijke verlangens hoopt Broers vermoedelijk een kleingeestige wraak op zijn chronische gevoel van machteloosheid en welverdiende onfortuin te verwezenlijken.