2021
2021
De Romeinen en de Franken noemden het kustgebied tussen Zwin (bij Brugge) en Wezer (bij Bremen) Frisia. Zeeland, Holland, Friesland, Groningen, Oost-Friesland: het viel allemaal onder die verzamelnaam. In ‘De Friezen’ brengt Luit van der Tuuk de vroegste geschiedenis van het volk van de kuststreek tot leven. Op toegankelijke wijze legt hij uit hoe de Friezen, een ‘volk van het water’, een voorname rol hebben gespeeld in de Nederlandse geschiedenis. Dat water speelde een verbindingsrol voor de handel, en die handel zorgde ervoor dat zich in Frisia vrij snel een geldeconomie kon ontwikkelen, omdat betaling of afdracht in natura onpraktisch was. Het water leidde ook tot versnippering van territoria, zodat het lastig was in Frisia een centraal gezag te vestigen.
Door hun geografische positie konden de Friezen uitgroeien tot de vrachtvaarders van Noordwest-Europa. Op het snijvlak van de geschiedenis en de archeologie schetst Luit van der Tuuk een beeld van boeren en kooplieden, maar ook van de Friese opstand, koning Radbod en Bonifatius.
‘Hij heeft met zijn boek dan ook op prachtige wijze bijgedragen aan weer wat meer kennis over de nog altijd onderbelichte eeuwen uit onze vroege geschiedenis.’
Luit van der Tuuk (1954) is gespecialiseerd in de vroegmiddeleeuwse geschiedenis van Noordwest-Europa. Hij is conservator van Museum Dorestad. Van der Tuuk won de W.A. van Es-prijs met zijn boek ‘De eerste Gouden Eeuw’. Andere bekende titels van Van der Tuuk zijn ‘De Friezen’, ‘De Franken’ en ‘Vikingen’.